Visie, vakmanschap en vaardigheden

De AWVB in 2023

De zorg en ondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking verandert snel en staat voor grote uitdagingen. Toekomstbestendige zorg vraagt om visie, vakmanschap en vaardigheden. De AWVB draagt hieraan bij vanuit wetenschappelijk onderzoek en door haar onderzoeksresultaten praktisch te vertalen naar de zorgpraktijk en het onderwijs. Zorgbestuurder Hanneke Kooiman en hoogleraar Petri Embregts kijken vanuit deze invalshoek naar de ontwikkelingen in 2023.

“De toenemende complexiteit van de samenleving maakt het moeilijk om mee te blijven doen, vooral voor mensen met een verstandelijke beperking. Deze doelgroep is heel breed en divers, met steeds meer multi-problematiek en hulpvragen. Daarnaast groeit het tekort aan zorgmedewerkers. Dit alles vraagt om visie, vakmanschap en vaardigheden”, schetst Hanneke Kooiman, voorzitter van de stuurgroep van de AWVB en tevens bestuursvoorzitter van partnerorganisatie ASVZ. Kennisontwikkeling en kennisdeling in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking zijn daarom van cruciaal belang. Kooiman: “Meer kennis helpt om de beperking beter te begrijpen, de impact ervan op mensen te zien en te weten wat mensen met een beperking en hun naasten nodig hebben.” 

Hoogleraar Petri Embregts, die leidinggeeft aan de AWVB, vult aan: “Visie, vakmanschap en vaardigheden zijn belangrijke thema's voor de AWVB. In een tijd van veranderingen in de zorg, is een duidelijke visie op toekomstbestendige zorg essentieel. Vakmanschap gaat verder dan traditionele benaderingen; het evolueert voortdurend om aan de behoeften van mensen met een verstandelijke beperking tegemoet te komen. De sector is in beweging en het is belangrijk te streven naar meer evidence based of evidence informed werken. Ons onderzoek kan daar een bijdrage aan leveren, vanuit de visie dat het onderzoek altijd plaatsvindt in co-creatie met mensen met een verstandelijke beperking zelf en hun naasten, en met zorgprofessionals. Zodat het onderzoek optimaal aansluit bij hun behoeften.” Kooiman onderstreept het belang van het goede gesprek, zoals met ouderverenigingen, waarbij inzichten uit recente wetenschappelijke studies via een reflectie kunnen worden geïntegreerd.

Meer kennis helpt om de beperking beter te begrijpen, de impact ervan op mensen te zien en te weten wat mensen met een beperking en hun naasten nodig hebben.
Hanneke Kooiman, voorzitter stuurgroep AWVB

Handelingsperspectieven
Het onderzoek bij de AWVB draagt bij aan het bieden van handelingsperspectieven. Embregts: “In de zorg voor mensen met moeilijk verstaanbaar gedrag kunnen we in de praktijk handelingsverlegenheid zien. Onze onderzoeken binnen het thema Complexe zorg dragen bij aan meer kennis over de zorg en ondersteuning aan mensen met een ernstig of licht verstandelijke beperking en moeilijk verstaanbaar gedrag (EVB+ en LVB+). De onderzoeken richten zich bijvoorbeeld op hoe zorgprofessionals mensen met EVB+ en LVB+ het beste kunnen ondersteunen en wat zij hiervoor nodig hebben. Daarbij wordt ook het perspectief van mensen met een verstandelijke beperking zelf en hun naasten meegenomen.”

Ander onderzoek van de AWVB naar het benutten van ervaringskennis van naasten - waarbij gekeken wordt naar de behoeften van naasten - biedt aanknopingspunten voor zorgprofessionals om in gesprek te gaan met ouders en andere naasten. Embregts: “Het goede gesprek - gelijkwaardig en vanuit respect en vertrouwen dat de ander kennis heeft die uniek is en helpend kan zijn - is van groot belang om samen te werken en het goede te doen voor de mensen waar het om gaat. We zijn daarom erg blij met een nieuwe subsidie die in 2023 is toegekend om ook onze bestaande expertise op het kernthema ervaringsdeskundigheid uit te breiden.” 

Petri Embregts Hanneke Kooiman, ASVZ

Prof. dr. Petri Embregts, AWVB (li) en Hanneke Kooiman, ASVZ (re)

Toekomstbestendige zorg
Naast onderzoek naar complexe zorg en ervaringsdeskundigheid lopen er bij de AWVB bijvoorbeeld ook studies naar e-health. Zorgbestuurder Kooiman: “E-health - oftewel digitale zorg - is steeds vaker onderdeel van de zorg en ondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking, maar er is nog weinig ervaring met het duurzaam implementeren van zorgtechnologie. Wat is de meerwaarde van e-health? Wat is er nodig om digitale toepassingen succesvol in te zetten? En wel op zo’n manier dat e-health geen vervanging wordt van fysiek contact, maar een aanvulling erop. Dat willen we weten om nu en in de toekomst goede zorg te kunnen bieden aan mensen met een verstandelijke beperking, en hun eigen regie en kwaliteit van leven te verbeteren. Daarom is het belangrijk dat we hier samen met de AWVB onderzoek naar doen.”

Hoogleraar Embregts benadrukt de waarde van deze samenwerking op het thema e-health, maar ook op de andere onderzoeksthema's die de AWVB samen met haar partnerorganisaties en Tilburg University heeft bepaald. "Daardoor staat het onderzoek van de AWVB dicht bij de praktijk en is er voortdurend sprake van uitwisseling tussen onderzoek en praktijk en tussen de partnerorganisaties onderling. Bijvoorbeeld in onze coördinerende werkgroep. Daarin presenteren de portefeuillehouders kennisbeleid van onze partnerorganisaties een aantal keer per jaar de ontwikkelingen, maar ook de uitdagingen en best practices in hun organisatie, waarop onderzoekers van de AWVB vervolgens reflecteren met recente inzichten uit wetenschappelijk onderzoek. Dat zorgt voor optimale aansluiting met de praktijk.” 

De sector is in beweging en het is belangrijk te blijven streven naar evidence based werken. Ons onderzoek kan daar een bijdrage aan leveren.
Petri Embregts, hoogleraar AWVB

Onderwijs
Kennisdeling en -uitwisseling zijn belangrijk in de zorg en ondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking én relevant voor het opleiden van (toekomstige) zorgprofessionals volgens de meest actuele wetenschappelijke inzichten. Embregts: “Daarom werken we samen met het mbo en sinds 2023 ook met het hbo. Dit jaar hebben we fors geïnvesteerd in kennisdeling met de zorg en het onderwijs, want het is belangrijk dat nieuwe wetenschappelijke kennis daar een plek krijgt en verbonden is met de vragen die er leven bij (toekomstige) zorgprofessionals!”